About DoKS      NL  |  EN Search: Advanced Search
  Part of a word (e.g. tele*)    Exact wordgroup (e.g. "wireless communication")
 
Home
folder Authors
folder Departments
folder Help
folder Years
 
Most popular theses: 2014 2015 2016 2017 2018 2019


1,572 theses on-line.



Doks PHL
Doks XIOS



Open Archives Initiative
Home

Maatschappelijke kwetsbaarheid in de bijzondere jeugdzorg

2014
Gielen, Nora
Professionel bachelor in het sociaal werk

Abstract :
Mijn eindwerk draait rond de evaluatie van een onderdeel van VZW begeleidingstehuis Jongerenwerking Pieter Simenon. VZW Jongerenwerking Pieter Simenon is een privaat initiatief dat staat in het kader van de Vlaams Agentschap Jongerenwelzijn. Minderjarige jongens die in de bijzondere jeugdzorg terechtgekomen zijn, kunnen via de jeugdrechter doorstromen naar de jongerenwerking. Ikzelf volg stage op de dienst tijdsbesteding. De dienst tijdsbesteding staat in voor de jongeren op vlak van tewerkstelling en/of opleiding. We bemiddelen bij conflicten op de werkplaats of op school, we zoeken samen naar een geschikte opleiding voor de jongeren, … logischerwijs kwam ik op het idee om de dienst te evalueren. Niet enkel de jongeren, maar ook de begeleiders zelf. Dit kan leiden tot een vergelijking vanuit verschillende perspectieven en legt de positieve en de knelpunten bloot. Het leek mij relevant om de mening van de begeleiding en zeker de jongeren te bevragen, aangezien hun als persoon centraal staan in de werking.
Het eerste deel van mijn eindwerk betrekt zich tot mijn stageplaats. Hierin worden de diensten beschreven. Verder beschrijf ik de missie, de visie, de methodieken en de doelstellingen die de jongerenwerking nastreeft. Dit eerste deel dient een duidelijk beeld te geven van de organisatie.
Het tweede deel beschrijft mijn theoretisch kader. De dienst tijdsbesteding, de doelgroep en de theorie van maatschappelijke kwetsbaarheid worden aangehaald. Deze theorie vormt de basis voor mijn praktisch onderzoek. Wat kan eventueel verbeterd worden en wat zijn de positieve punten in de begeleiding? Deze resultaten kunnen een zicht bieden op wat Jongerenwerking Pieter Simenon kan betekenen voor maatschappelijk kwetsbare jongeren.
Het derde deel beschrijft het praktisch onderzoek. Hierin wordt uitgebreid de hoofonderzoeksvraag, de deelvragen, de verantwoording van mijn onderzoeksmethode en de besluiten van de bevindingen beschreven. De hoofdonderzoeksvraag “Hoe beoordelen de begeleiders en de POS-jongeren de werking en begeleiding van de dienst tijdsbesteding?” heb ik geprobeerd te onderzoeken. Mijn onderzoek heeft zich gebaseerd op bijna 1/3e van de doelgroep, ik heb namelijk de onderzoeksmethode interviewen gebruikt en heb 7 van de 22 POS-jongeren kunnen bereiken.
Mijn hoofdonderzoeksvraag is de overkoepeling van mijn deelvragen. Deze bestaan uit de invloed van de begeleiding, de ervaringen en de tevredenheid van zowel de jongeren als de begeleiding.

Mijn bevindingen zijn over het algemeen zeker positief. De score van de jongeren naar de dienst tijdsbesteding toe is 7,9 op 10. Dit is een schatting van hoe de kwaliteit gezien wordt vanuit het perspectief van de POS-jongere. Vanuit de begeleiding wordt er een score van 7,3 gegeven. De meningen van de jongeren zijn verdeeld over de begeleiding. Ik heb verschillende dingen gehoord. 1 jongere vindt dat er te veel en soms te weinig begeleiding is vanuit de dienst, een andere jongere zou liever een intenser contact hebben met zijn begeleidster. De rest die ik geïnterviewd heb vonden dat ze voldoende contact hebben.
Alle jongeren die meewerkten aan mijn onderzoek, voelen zich gerespecteerd in hun mening en hebben voldoende inspraak. Hetgene wat vaak terugkwam is dat de jongens soms een opleiding/tewerkstelling beu waren, en dat er toch gehamerd wordt vanuit de dienst tijdsbesteding om dit vol te houden. Dit was iets wat tot frustratie leidde.
De begeleiding hebben verschillende werkpunten voor hun dienst opgesomd die ze graag veranderd zouden willen zien op korte en lange termijn. Dit is zowel het verfrissen van de CANO-visie, een inperking van de externe druk die gelegd wordt op de dienst, innoverende ideeën en vernieuwende tijdsbestedingen, intensere samenwerking met de verschillende teams en intensere contacten met de jongeren door meer inhoudelijk te werken.
De aanbevelingen die ik heb gegeven voor de jongeren bestaat uit het aansporen van zelfstandigheid en verantwoordelijkheid. Concreet betekent dit zelf naar een afspraak gaan, als dit mogelijk is volgens de inschatting van de begeleiding natuurlijk. Ook de jongeren zelf leren om af te bellen bij ziekte of afwezigheid, motiveren om hen zelf te laten zoeken naar nieuwe initiatieven wanneer ze hun traject niet meer zien zitten, … Op deze manier leren de jongeren ook wat het inhoudt om tewerkstelling en/of opleidingen te zoeken. Uiteindelijk wordt na hun 18e verwacht dat zij dit zelf ook kunnen. Enige nuancering hierin is dat de begeleiding moet inschatten of zij de capaciteiten, geschikte leeftijd, …hebben om dit op zich te nemen. Er is een groot verschil tussen een jongen van 15 of een jongen van bijna 18, laat ons daar duidelijk in zijn. Verder mogen jongeren die intern POT volgen, namelijk Project A, ook intenser opgevolgd worden. Op deze manier is de begeleiding meteen mee met het verloop op Project A en wat mogelijk is als volgende stap.
Voor de begeleiding zou naar mijn mening er meer aandacht besteed moeten worden aan het belang van het vraaggericht werken vanuit andere diensten. Hoewel een jongere zijn traject staat of valt met tijdsbesteding, wordt hier liefst zo snel mogelijk werk van gemaakt. De begeleiding gaf hier een mooi voorbeeld van: “De tijdsbesteding zou bij wijze van spreken gisteren al opgestart moeten zijn.”
Door deze interne druk dreigt het gevaar dat er aanbodgericht gewerkt wordt in plaats van vraaggericht. Verder zou het goed zijn als de dienst sterker inhoudelijk zouden werken naar mijn mening. Ook al werkt de dienst ondersteunend, het lijkt mij niet slecht omdat de beleving van de jongeren dan duidelijker wordt. Dit kan bijvoorbeeld door 1 dag mee te draaien met een jongere op zijn tijdsbesteding. Natuurlijk is dit een enorm tijdrovende bezigheid, hier dient dus veel planning en organisatie aan vooraf te gaan.
Het vierde hoofdstuk is een kritische blik op de stageplaats en het proces van mijn eindwerk. Hierin beschrijf ik de moeilijkheden die ik heb ervaren, maar ook de positieve punten. Ik ben namelijk veel gegroeid in deze 4 maanden tijd, iets wat ik op de schoolbanken nooit geleerd zou hebben. Het eindwerk was voor mij een enorm zware taak, maar nu kan ik eindelijk met een goed gemoed zeggen dat het af is. Ik ben dan ook zeer trots op wat ik bereikt heb dit laatste half jaar.

Full text:
File Size Type Checksum  
EINDWERK Gielen.pdf 585 KB PDF MD5 Open file

Appendices:
File Size Type Checksum  
Interviews jongeren en begeleiding.pdf 334 KB PDF MD5 Open file

Dit eindwerk werd 5909 keer bekeken.
Translate to English (Google translate)
 

Show record details

Show ETD - Dublin Core

If you want to cite this thesis in your own thesis, paper, or report, use this format (APA):

Gielen, N. (2014). Maatschappelijke kwetsbaarheid in de bijzondere jeugdzorg. Unpublished thesis, Hogeschool PXL, PXL-Social work.
Retrieved from http://doks.pxl.be/doks/do/record/Get?dispatch=view&recordId=SEtd8ab2a8214dd81613014ddd32094e0832.




©2004-2008 - Hogeschool PXL - webmaster - Contact - Disclaimer