| Abstract : |
Ik ben voor de basisoptie STEM-technieken mij eerst gaan verdiepen in het vak zelf: "Wat moeten de leerlingen volgens het leerplan van het Katholiek Onderwijs Vlaanderen kennen en kunnen?" Aan de hand van deze informatie heb ik het beschikbare lesmateriaal opgezocht.
Na de analyse van het gevonden lesmateriaal kon ik concluderen dat er weinig lesmateriaal was dat voldoet aan het leerplan. Het lesmateriaal was ook niet allemaal geschikt voor de leerlingen uit het 2de jaar B-stroom. Om zeker te zijn, heb ik ook de scholen in Limburg, die deze richting aanbieden, een enquête laten invullen. De enquête geeft hetzelfde resultaat: er is weinig bruikbaar lesmateriaal dat de leerplandoelstellingen nastreeft.
Vervolgens ben ik gaan kijken hoe ik een project kon ontwikkelen met een koppeling naar de leerplandoelstellingen. Ik ga zeker gebruik maken van actualiteit. Zo tracht ik in te spelen op de leefwereld van de leerlingen. Ik zal binnen dit project zoveel mogelijk gebruik maken van verschillende werkvormen. Op die manier tracht ik tegemoet te komen aan verschillende leervoorkeuren van de leerlingen.
Wanneer ik alle nodige informatie had, heb ik m.b.v. het STEMOOV-model de leerplandoelstellingen omgezet naar 6 bundels. De leraar kan het in de volgorde van de bundels gebruiken, maar hij kan ook de bundels in een andere volgorde gebruiken. Indien de leraar een andere volgorde gebruikt, of zelf een vervangbundel maakt, moet hij wel controleren of het totaalbeeld nog volgens de stappen van het technische proces verloopt. In de leraarsfiche staat hoe ze de bundels het beste kunnen toepassen. In de lerarenfiche staan ook de leerplannen en eindtermen per bundel. Op deze manier heeft de leraar een totaalbeeld van de inhoud van elke bundel. Als extra heb ik ook een bundel voorzien met een evaluatieformulier per bundel. |
Home 
